Skip to content

PVDA Brussel evalueert vier jaar Brussels beleid

PVDA Brussel evalueert vier jaar Brussels beleid

Gisteren, donderdag 20 december, kwamen onze volksvertegenwoordigers Françoise De smedt et Youssef Handichi tussen in het Brussels parlement om de mislukking van het beleid aan te klagen. Hieronder vindt u de balans dat de PVDA maakt van de meerderheid, maar ook onze voorstellen in zake klimaat, mobiliteit en huisvesting.

Tussenkomst van Françoise De Smedt 

Dit is de laatste begroting van de legislatuur en er is dan ook de tijd om de balans op te maken. En de vaststellingen zijn er: de noden van de mensen waren enorm, ze zijn nog steeds enorm.

In 2014, en U zei het toen zelf, leefde 40% van de Brusselse kinderen in armoede. Vandaag is dat nog altijd 40%. Bijna één kind op twee. In 2014 zei u dat inzake werkgelegenheid u eerste prioriteit was om hoop te geven aan onze jeugd. In 2014 waarschuwden we u al dat de inschakelingscontracten en het jongerengarantiebeleid geen perspectief op lange termijn of vertrouwen gaven.

In de barometer van het ABVV over de kwaliteit van de werkgelegenheid, kan men lezen dat 37.3% van de 15 tot 24 jarigen een tijdelijk contract hadden in 2013. Dit aandeel is gestegen tot 56.5% in 2017!

Men kan echt niet spreken over hoop… maar eerder over een grotere onzekerheid bij de jongeren. In 2014 waarschuwden we al voor de explosie van de huurprijzen en voor de meer dan 40.000 families op de wachtlijst voor een sociale woning. In 2018 wachten 43.000 families nog altijd en de huurprijzen zijn nog meer gestegen sinds 2014.

Vandaag zijn 94.000 dossiers geopend voor schuldbemiddeling. Het zijn schulden gerelateerd aan huisvesting, alimentatie, energie, gezondheidszorg, belastingen,…

Geen schulden omdat men uit de bol gaat. Nee, het zijn schulden voor de basisbehoeften: om zich te huisvesten, om te eten, om belastingen te betalen…Maar waar gaan we naar toe? Het aantal daklozen stijgt eveneens. Volgens Strada is het aantal daklozen gestegen van 2603 in 2014 tot 3386 in 2016. Al deze indicatoren tonen één ding zeer duidelijk: de armoede neemt toe in Brussel. Daarboven op komt dat de luchtkwaliteit niet verbetert en dat de uitstoot van de emissiegassen niet daalt.

Al deze realiteiten zijn ook zichtbaar gemaakt door sociale bewegingen op straat. De Gele Hesjes die deze precariteit niet meer pikken en meer koopkracht eisen, de klimaatactivisten die er niet meer tegen kunnen dat de verschillende klimaatministers met hun voeten blijven spelen. De werkers van de LRB die de toer doen van de gemeenten om hun lonen te herwaarderen.

  

Vaststelling van een mislukking.

 

Het besluit van dit alles is dat uw werkgelegenheids-, huisvestings-, armoede- en klimaatbeleid een mislukking zijn. In meer dan 4 jaar werden aan de noden van de Brusselaars niet voldaan. Niet alleen spreekt de realiteit voor zich, maar ook de begroting weerspiegelt deze mislukking. De budgetten die voorzien zien voor de subsidies van de inschakelingscontracten zijn niet opgebruikt in 2018, maar u stelt ze wel veilig in 2019.

Ander voorbeeld zijn de energiepremies of de groene leningen die onderbenut worden, maar u blijft verder gaan in dezelfde richting. In 2014 waarschuwden we u al over « onze ongerustheid in verband met het overleven van de openbare diensten »(2). Feit is dat de openbare diensten vandaag aan hun lot worden overgelaten. En dat is zeer ernstig want de openbare diensten zijn onze beste verzekering voor de strijd tegen de armoede.

Het is de beste verzekering om vaste en kwaliteitsvolle jobs te creëren, zeker voor onze jongeren. Maar in de begroting maakt het deel van steun aan de privéondernemingen een belangrijke plaats in en dit alles om jongeren precaire jobs aan te bieden.

Waarom niet de niet-gebruikte budgetten gebruiken om te investeren in de collectieve arbeidsduurvermindering in de openbare ondernemingen? Het is terug aan de orde en het biedt stabiele, voltijdse tewerkstelling. Maak van Brussel een pionnierregio op dat vlak, zoals Zweden dat geprobeerd heeft. Zo krijg je oplossingen voor de toekomst om kwaliteitsvolle werkgelegenheid te creëren.

 

Voor een maximale openbare dienstverlening en gratis openbaar vervoer. 

De openbare dient is onze beste verzekering voor de strijd tegen de armoede door in sociale huisvesting te investeren. Maar de nood om sociale huisvesting te creëren en om te antwoorden op de noden van de families op de wachtlijsten, is niet ingeschreven in de begroting. Het is nochtans vooral belangrijk voor de éénoudergezinnen met veel vrouwen aan het hoofd.

De openbare diensten zijn ook de beste verzekering om ons klimaat te redden. Maar de MIVB signaleert dat zij niet genoeg geld heeft om het geheel van de uitgaven te dekken die voorzien zijn in het investeringsplan 2019. Nochtans hebben we nood aan investeringen.

Terwijl wij hier bezig zijn aan het discussiëren gaan steden als Calais of Duinkerke en heel Luxemburg over tot gratis openbaar vervoer. Het is terug in! Het is een maatregel van de toekomst, een maatregel die de koopkracht verbetert en een positieve maatregel voor de mensen om hun auto achter te laten. Zoals een deelnemer aan de ‘mars voor het klimaat’ het formuleerde: “we zijn bezig om de armen en de planeet te laten creperen”. Durf dus gratis vervoer door de MIVB realiseren.

En durf ook omdat gratis openbaar vervoer te laten betalen door zij die de planeet vernietigen: de grote ondernemingen en de rijken die geen belastingen betalen. Mijnheer de Minister, hierbij een gratis bus: “zet het op uw nachtkastje, zodat de woorden ‘MIVB GRATIS’ iedere ochtend in uw hersenen doordringen.

En om het klimaat te redden hebben we ook een kwaliteitsvolle openbare dienst nodig die zich bezig houdt met afvalverwerking. Nochtans heeft het Agentschap Netheid Brussel al 17 miljoen verloren in 2018. En haar begroting 2019 is nog onzeker omwille een juridische uitspraak die privéondernemingen nog maar eens bevoordelen en niet de openbare dienst die nochtans versterkt moet worden.

Onze openbare diensten worden aan hun lot overgelaten in de begroting. De grote eigenaars en de immobiliënsector, de grote ondernemingen, de rijksten zullen deze begroting graag zien, zoals elk jaar: ze moeten niet betalen voor hun vervuiling, het zijn de grote ondernemingen die verder gaan om jongeren te laten werken in precaire jobs, het zijn de grote ondernemingen die winst maken op afvalverwerking. Het volstaat niet om goocheltrucjes te verzinnen om te komen tot een evenwichtige begroting.

 

Achter de cijfers bevinden zich mensen.

 Zoals vorig jaar al vermeld is door mijn kameraad Michael Verbauwhede, tijdens de begroting 2018, zitten achter de cijfers mensen. HUN realiteit staat ver van de uwe. We spraken van Nadia die al 7 jaar wachtte op een sociale woning. Vandaag wacht zij al 8 jaar. We vertelden over de neef van Nadia die bij de MIVB werkt, met arbeidsomstandigheden die steeds moeilijker werden. Zij zijn het vandaag nog steeds. We vertelden over de zoon van Nadia die een onderbetaalde stage deed bij Carrefour. Vandaag heeft hij amper een halftijds contract met bepaalde duur en is hij verplicht om bij zijn moeder te blijven wonen: hij komt gewoon niet rond. We vertelden van Ilias die astma heeft en die moeite heeft om te ademen omwille van de vervuiling. Dit jaar was het nog erger omwille van de hittegolf afgelopen zomer.

Als ik de realiteit van de Brusselaars in 2014 met die van vandaag vergelijk, komt een uitspraak van Einstein bij me op: “de waanzin is om altijd hetzelfde te doen en een ander resultaat te verwachten”: dat is nu juist wat gaat gebeuren met deze begroting. En dat is ook de reden waarom wie zullen tegen stemmen.

 

 

Tussenkomst van Youssef Handichi over de huisvesting

 

Mijnheer de Minister-president, Mevrouw de Minister van Huisvesting,

 

De balans is slecht, zelfs meer dan slecht. Het beantwoordt totaal niet aan de sociale noden. Als ik u was, zou ik mij heel slecht voelen.De toestand van de huisvesting in Brussel is ronduit rampzalig.

 

Enkele cijfers ter illustratie :

43 000 huishoudens staan momenteel op de wachtlijsten voor een sociale woning. Van 2012 tot 2017 stegen de huurprijzen gemiddeld met 8%. En deze cijfers verbergen grote ongelijkheden. Uitgerekend in de volkse gemeenten zijn de huurprijzen het sterkst gestegen: + 48% in Schaarbeek en +61,1 % in Molenbeek, tussen 2006 en 2017. En het zijn bovendien ook nog eens de lagere huurprijzen die het meest gestegen zijn. De BBRoW, de Brusselse Bond voor Recht op Wonen, leert ons dat de meeste Brusselse huishoudens 50 à 60% besteden aan hun huur. Zoiets is onhoudbaar.

 

En hoe dacht u dat op te lossen? Met huurtoelagen, met openbare leningen voor huurwaarborgen? Niet meer dan pleisters op een houten been.

In werkelijkheid is de toestand ernstig : de kraan lekt, en wat doet u? U zet er een emmer onder. En als de emmer overloopt, zet u hem in een kuip en als de kuip overloopt, zet u die in een bad. Maar kijk, het bad loopt nu over. Het is een overstroming. Wij zeggen dat die overstroming gestopt moet worden, dat de ganse loodgieterij vervangen moeten worden.

In uw balans zegt u zelf dat de methodes en plannen van uw voorgangers faalden. En wat doet u? Precies hetzelfde als zij.  U zegt dat uw voorgangers hun objectieven niet haalden. En kijk, u stelt uw ambities bij... naar onder. Een totaal gebrek aan ambitie! En zelfs deze cijfers, belachelijk laag gezien de noden van de mensen, die haalt u niet eens.

 

Voor 2014, kondigde u 6500 overheidswoningen aan, waarvan bijna 4000 sociale woningen. Wat zijn nu de cijfers in uw balans?Volgens de BBRoW werden met moeite 500 sociale woningen gerealiseerd. Afgaande op uw eigen cijfers is er nood aan 2000 sociale woningen per jaar en uw balans is 500... in 4 jaar tijd. Voor Brussel, een der rijkste gewesten van Europa, is deze toestand onaanvaardbaar.

Wij zegden dit in 2014 en herhaalden het in 2015, 2016, 2017. De verenigingen voor het Recht op Wonen zeggen het. Wenen bewijst het. Alleen een ambitieus beleid inzake sociale woningen werpt vruchten af. U geeft heel wat redenen op voor uw falen. Te weinig vastgoed, trage procedures. Allemaal uitvluchten.

Neem nu het tekort aan vastgoed. Dit is een mythe. De BBRoW is hier duidelijk over: Brussel beschikt over vastgoedreserves Alleen moet men die dan niet verpatsen aan private projectontwikkelaars. Twee voorbeelden, emblematisch voor het huidige woningbeleid: Neo op de Heizelvlakte en Thurn & Taxis. Op de honderden woningen die er gepland zijn, is er geen enkele sociale woning voorzien. GEEN ENKELE. En dit is geen noodlottig toeval.

Twee maatregelen kunnen het valse probleem van het tekort aan vastgoed oplossen:

 1/ voor het behoud van het openbaar vastgoed moet de verkoop ervan aan projectontwikkelaars, zoals gebeurde op de Heizelvlakte met Neo, verboden worden.

2/ aan projectontwikkelaars moet bij elk nieuw bouwproject 30% sociale woningen opgelegd worden. Waarmee bovendien meteen een tweede objectief gehaald wordt: dat van de sociale mix.

Wat u doet is het beheren van de miserie. De voorstellen die u doet tonen het.

Neem nu het rooster met indicatieve huurprijzen. In de praktijk brengt dit rooster geen enkele verbetering voor de huurders. Laat ons ernstig blijven, Mevrouw de Minister, hoeveel huurders gaan hier baat bij hebben? Hoeveel huurders gaan aan hun eigenaar zeggen “de huur die je vraagt ligt te hoog. Kan je die verminderen?” Welk drukkingsmiddel hebben zij? Gaat ú soms die eigenaars benaderen en hen vriendelijk verzoeken hun huurprijs te verlagen? Dat huurprijzenrooster is zinloos zolang het niet afdwingbaar is, en dat weet u heel goed.

Tussenkomst Youssef Handichi over de mobiliteit

Ik ga beginnen met enkele cijfers.

Het eerste cijfer is 32 miljoen. Dat is het bedrag dat ontbreekt om de MIVB correct te kunnen laten functioneren.  En het is de MIVB zelf die het zegt, in het Jaarverslag van het Rekenhof: “De MIVB is evenwel van oordeel dat de betalingskredieten waarover zij beschikt in het aangepaste budget niet volstaan om alle voorziene uitgaven voor het jaar 2018 te dekken”. Het andere cijfer is 180 miljoen. Dat is het bedrag dat niet zal opgenomen worden in het globaal budget van het Gewest dit jaar. Het is het geld dat men had kunnen gebruiken om het budgettaire gat van de MIVB te dichten.

Vandaar dan ook mijn vraag: in deze tijden van ongekende klimaatcrisissen, wat zijn de keuzes die u maakt, mijnheer Smet? U geeft er klaarblijkelijk de voorkeur aan binnen het besparingskader te blijven, van maximaal tegemoet te komen aan de Europese financieringseisen van het ESR, eerder dan te investeren in kwaliteitsvol openbaar vervoer. Een correct gefinancierde MIVB is onmisbaar in een Gewest als Brussel, waar dagelijks tienduizenden gebruikers en werkers zich verplaatsen. Maar nogmaals, u geeft er de voorkeur aan te beknibbelen om tegemoet te kunnen komen aan de Europese besparingseisen.  Iedereen verliest hierbij. Want door de MIVB te onderfinancieren, vergeet je de notie zelf van openbare dienstverlening. U garandeert de gebruikers geen goed functionerend openbaar vervoer. En als die 32 miljoen dan al onmisbaar zijn om een minimaal functioneren van de MIVB te garanderen, ze volstaan niet om tegemoet te komen aan de vele syndicale eisen, die zowel het personeel als de gebruikers ten goede komen:  

- de onderbemanning in de stelplaatsen is enorm, wat zijn weerslag heeft op het mechanisch onderhoud en de netheid van de bussen, trams en metro. Wie reist er graag in een vuile bus? En wie wil het risico nemen op een tram te stappen waarvan de remmen niet goed onderhouden zijn door het tijdsgebrek of het tekort aan wissenstukken?

- agenten moeten ritten doen van 6 uur aan een stuk, zonder enige pauze. Kan u zich dat voorstellen, mijnheer de minister, 6 uren zonder pauzeren, zelfs niet om naar het toilet te gaan. Ik daag u uit! De MIVB vraagt 3 miljoen om dit ernstig probleem op te lossen. U moet ze toekennen! De veiligheid van de gebruikers en de waardigheid van de werkernemers staan op het spel.

- Ondanks de vele verwittigingen blijven de reistijden onrealistisch, voertuigen die met vertraging opeenvolgen, ten nadele van de chauffeurs die helse werktempo's ondergaan en reizigers die veel te lang moeten wachten.

- tijdens de spitsuren is de freqentie op sommige bovengrondse lijnen onvoldoende en zitten de voertuigen barstensvol. Op sommige lijnen is het gewoon niet meer mogelijk het voertuig nog op te stappen.

En nog iets, mijnheer Smet. We zijn anno 2018 en de manier waarop de PBM's, personen met beperkte mobiliteit, behandeld worden op het net van de MIVB is totaal onaanvaardbaar. Hoe kan men vandaag de dag nog aanvaarden dat de MIVB-voertuigen niet uitgerust zijn met een functionele oprit voor PBM's en dat niet alle haltes toegankelijk zijn voor hen.

Een hallucinant voorbeeld: op de spiksplinternieuwe lijn 9, die u met veel bombarie inhuldigde, zijn maar 2 haltes toegankelijk voor PBM's. Slechts TWEE, u heeft het goed gehoord! Hoe kan u rechtvaardigen dat dit aspect niet werd onderkend? En ik wil u er nog op wijzen dat we hier spreken van een lijn die een hospitaal hoort te verbinden met de stad. Als men ziet waartoe een stad als Barcelona in staat is, het is om beschaamd te zijn.

Vooraleer af te sluiten, Mijnheer Smet, had ik ook graag gevraagd hoe u zich voelt bij de manier waarop zieke werknemers en werknemers op het einde van hun loopbaan behandeld worden? Vindt u de methode Maggie De Block dan zo goed, want het is wel die welke toegepast wordt bij de MIVB?

Vele werknemers van de MIVB zijn niet meer geschikt voor hun functie, omdat ze letterlijk hun rug kapot werkten. Na 50 jaar, een bus of een tram besturen, urenlang, zonder enige pauze, is bijzonder lastig. Maar de MIVB-ers willen niet weg bij de MIVB, zij willen de burger blijven dienen, doorheen hun openbare dienst. Wij hebben hen nodig. Er is, bijvoorbeeld, een gebrek aan preventie-agenten op het bovengrondse netwerk. Hoe leg je dan uit, Mijnheer de Minister, dat die herklasseringen ware hindernisbanen zijn?


Om af te sluiten, wil ik u herinneren aan het mooi cadeautje dat mijn kameraad Françoise De Smedt schonk aan mijnheer Vervoort: een “gratis” geel autobusje. Want voor de PVDA is het duidelijk: gratis openbaar vervoer is onmisbaar om de uitdagingen inzake mobiliteit, armoede en milieu in Brussel aan te kunnen. En er kan geen sprake van zijn om het geld hiervoor te halen bij de burger. De Brusselaars betalen elk jaar al meer dan genoeg. Het wordt tijd nu om het geld te halen bij de grote bedrijven. Het is ook maar meer dan normaal dat zij bijdragen in verhouding tot de cadeaus die zij jaarlijks van uw regering ontvangen.